Amir
Waar komen we jou tegen in De Nieuwe Poort?
‘Ik werk vier dagen per week in de keuken.’
Hoe lang ben je al betrokken bij De Nieuwe Poort?
‘Sinds een jaar. Ik zag een vacature en heb eerst twee maanden proefgedraaid. Daarna kreeg ik een contract. Dat was de eerste keer in m’n leven dat ik een betaalde baan had. Ik werd al heel jong afgekeurd, rond m’n achttiende. Twee jaar eerder was ik al gestopt met school omdat het niet meer ging. Daarna heb ik heel veel uitzendbaantjes gehad, totdat ik dus op m’n achttiende officieel afgekeurd werd door de psychische problemen die ik had.
Nadat ik afgekeurd werd, heb ik op allerlei plekken gewerkt als dagbesteding. Dat is voor mensen die naast hun uitkering niet de hele tijd binnen willen zitten. Op de laatste plek waar ik werkte hebben ze me echt geholpen met mijn ontwikkeling. Nu werk ik hier vier dagen per week in de keuken en hebben ze me een opleiding tot zelfstandig kok aangeboden. Die opleiding gaat met vallen en opstaan, maar ik ben blij dat ik het doe. Ik ben vorig jaar 40 geworden en ik zou heel graag vol arbeidsgereïntegreerd willen zijn. Mensen kunnen toch sceptisch naar je kijken, alsof ik heel lang niet wilde werken. Maar het gaat zo snel als het gaat. Vanwege m’n behandelingen ben ik een laatbloeier.’
Stabiel en op mezelf
‘Mensen kunnen het eng vinden, mijn achtergrond. Als je je been breekt en je krijgt er gips omheen dan begrijpt iedereen het toch een stuk beter. Ik vind die argwaan ook heel redelijk, mensen met psychiatrische problemen zijn nou eenmaal vaak niet stabiel. Maar het gaat met mij gelukkig heel goed. Ik heb vroeger veel therapie gehad en ik heb de juiste medicatie. Ik woon nu sinds een jaar ook op mezelf. Hiervoor heb ik jaren begeleid gewoond.
In de kliniek zeiden ze tegen me: ‘Je moet niet denken dat je de enige bent die niet ‘goed bij z’n hoofd is’. Er lopen zat mensen rond waarbij je niet weet hoe het precies in hun hoofd tikt.’ En dat is natuurlijk ook zo. Maar stel dat de wetenschap ooit zover komt dat je psychische ziekten kan genezen, lijkt me dat wel echt geweldig.’
Wat is jouw inspiratiebron?
‘Als je bezig bent met het opbouwen van je carrière, heb je te maken met referenties. Je moet er nou eenmaal voor zorgen dat je werkgever tevreden blijft. Een van mijn inspiraties is dan ook dat ze hier blij met me zijn, ondanks mijn achtergrond. Dat ik langer kan blijven, totdat er ooit een moment komt dat ik zelf misschien verder wil. En dat alle partijen er iets aan hebben gehad, dat is voor mij ook belangrijk.’
Wie inspireert je?
‘Mijn broertje. Hij is vijf jaar jonger dan ik en hij is mijn mantelzorger, naast m’n moeder. Hij kan me echt helpen met veel dingen. Dan maak ik een lijstje en komt hij langs om het samen met me door te nemen. Bijvoorbeeld hoe iets op de computer werkt. Hij laat me dan zien hoe ik het de volgende keer zelf kan doen. Ik heb mensen nodig op wie ik kan steunen. Mijn broertje is zo iemand. Mijn jobcoach ook.’